maandag 11 juli 2011

Kleur

'Hoi pap', zegt Eline, aan de andere kant van de lijn. Onbewust krullen Datzelaars mondhoeken omhoog. Blij om haar te horen. Het is tenslotte alweer even geleden. De laatste keer was toen ze langs was met Helmut de Hippie, zoals hij hem in gedachten nu noemt. Ze zegt dat het goed met haar gaat. Beetje overbodig, want hij hoort het duidelijk. Zo'n vader-dochter ding, denkt hij. Stiekem is hij daar wel trots op. Dat hij dat wel heeft. En Tineke niet. Hij hoort de belletjes in haar stem. Belletjes van geluk. Zachtjes rinkelend zoals een bamboe windchime.

Middenin het gesprek zegt Eline ineens 'Hé pap, echt gaaf! Een vlinder hier. Op een takje! En nu fladdert hij weg. Dag vlinder!', om daarna gewoon weer door te gaan met haar zin. Het werkt aanstekelijk. Datzelaar weet ineens wat hij mist in zijn leven. Kleur. Het genieten van de gewone dingen. En hij weet ook hoe dat komt. Hij beseft ineens dat hij teveel bezig is met wat er nog moet komen. Of wat er al geweest is. Of met 'wat als' en 'als ik nou maar...'. Eline heeft dat niet. Of veel minder. En daardoor ziet ze kleine dingen wel. Kleine dingen die eigenlijk heel groot zijn. Een vlinder. Een bijtje op een bloem. Een vallend herfstblad.

En terwijl hij dat denkt worden de kleuren die hij om zich heen ziet dieper. Alsof er een polaroidfilter voor zijn ogen schuift. Of een warmfilter. Eigenlijk had hij besloten dat vandaag zijn dag niet was, maar dat kan hij nu niet meer volhouden.

'Eline', zegt hij zachtjes, 'bedankt. Je geeft meer dan je weet'. Eline zwijgt een beetje verbaasd. Een traan van geluk rolt over Datzelaars wang. Een rupsje knaagt zachtjes aan een groen bloemblad.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Bedankt voor je reactie!